KLIK HIER VOOR INFORMATIE
OVER DE SITE

COLUMNS

Over belevenissen en inzichten

CLICK HERE FOR
THE PARENT SITE
and SITE SEARCH


Persistentie

Als een potentiële werknemer tijdens het sollicitatiegesprek persistentie vertoont, wordt dat algemeen als een positieve karaktereigenschap beschouwd. Iemand die een volhardend karakter heeft, heeft immers veel doorzettingsvermogen. En die karaktereigenschap komt in menige werksituatie erg van pas. Dit soort mensen bezitten over het algemeen een sterk karakter. En ook dat wordt hooglijk door werkgevers gewaardeerd. Doorzettingsvermogen is echter wel een voorbeeld van een 'soft skill'. Een zachte competentie dus. Als je doorzettingsvermogen bezit (soft skill), kun je dit namelijk niet aantonen met hard bewijs. Het hebben van een sterk karakter heeft dan ook van doen met een soft skill, hoe gek het ook klinkt. Een eigenschap die van doen heeft met een 'hard skill' is bijvoorbeeld het spreken van een andere taal. Of de vaardigheid in het werken met een bepaald computerprogramma. Dat is immers gemakkelijk aan te tonen, namelijk door dat door de kandidaat te laten demonstreren.

Het hebben van een volhardende karakterstrctuur kan voor de collega's van die bepaalde persoon ook wel eens een vervelende karaktereigenschap zijn. Want om goed met elkaar te kunnen opschieten, is toegeeflijkheid ook zeker van belang. Voor ouders kan het hebben van kinderen met een volhardend karakter, wel uitermate lastig zijn. Bij de opvoeding van kinderen is juist het aankweken van toegeeflijkheid van belang. Dat wordt als een zachte karaktereigenschap beschouwd. En die eigenschap is bij de intermenselijke omgang van groot belang. Maar een werkgever ziet veel liever een vasthoudende karakterstructuur bij zijn potentiële werknemer. Iemand die weet wat hij wil!

Voor ouders van jonge kinderen is het op zeker moment ook van belang om te weten te komen in hoeverre hun kinderen volhardend zijn. Want dan kunnen zij daar bij de opvoeding van de kinderen rekening mee houden. De vraag is echter in hoeverre ouders daarbij sturend moeten optreden. Als een kind tijdens een ruzie met een ander kind volhardend ontkent dat hij/zij schuldig is aan hetgeen het andere kind beweert en men als ouders vrijwel zeker weet dat hij/zij daar wel schuldig aan is, staat men als ouders voor een dilemma. Moet men dan zo'n kind tot het uiterste tergen om de waarheid te weten te komen, of moet men het kind toch maar in zijn waarde laten? Ondanks dat men sterk vermoedt dat het niet de waarheid spreekt.

De laatste optie lijkt de beste te zijn. Als ouders moet men niet ten alle tijde willen winnen van een kind. Alhoewel men dat wel uitgebreid kan voorleggen aan het andere kind. Door dat andere kind gewoon te vertellen dat men twijfels heeft over de waarheid van hun broer of zus, zal men ook bij dat kind respect afdwingen voor het besluit om niet met alle geweld achter de waarheid te willen komen. Door toeval kan men overigens op een later moment ineens wel achter de waarheid blijken te komen. Door als ouders niet ál te veel door te gaan zetten om achter de waarheid te komen, toont men bovendien respect voor het volhardende karakter van het kind.

Volhardendheid in het karakter van kinderen kan later echter wel eens naar de kinderen van de kinderen blijken te zijn overgeërfd. Namelijk als zich bij de kinderen van de eigen kinderen eenzelfde soort karakterstructuur blijkt voor te doen. Op een dergelijk moment zal men dat als ouders moeten laten voor wat het is. Maar ondertussen kan men er wel van hebben geleerd dat het kind geen 'softie' is. En dat het zich later in de werksituatie goed zou kunnen redden.