KLIK HIER VOOR INFORMATIE |
COLUMNSOver belevenissen en inzichten |
CLICK HERE FOR |
Het celibaat is een aan priesters voorgeschreven leefwijze waarbij het niet toegestaan is om te huwen, of via andere wegen met vrouwen tot seksuele samenleving te komen. "Maar waarom moet dit toch warempel aan priesters worden onthouden?", vraagt men zich als vanzelf af, als men weer eens opnieuw stilstaat bij deze vreemde verbodsbepaling. Wat is eigenlijk ooit de grote reden geweest te bedenken dat het voor priesters van belang zou zijn om celibatair te gaan leven? Het meest vreemde is dat deze verbodsbepaling met name op priesters schijnt te zijn gericht geweest en niet zozeer op hogere geestelijken. Maar waarom werd het ooit nodig geacht dat het van belang zou zijn, om priesters een van de meest fundamentele levensbehoeften te onthouden?
Om daar een idee over te krijgen zal hieronder, door logisch redeneren, een imaginaire gang van zaken worden beschreven over de verrichtingen in de tempels van de oude rijken.
In deze tempels waren priesters in vroeger tijden aangesteld om de hogepriester van dienst te zijn bij zijn mystieke vertoningen aan het volk. In deze vertoningen speelden de onverklaarbare zaken, de mysteries, een belangrijke rol. Omdat in die tijd de wetenschappelijke kennis nog lang niet zo ver was ontwikkeld dan tegenwoordig het geval is, waren er ook veel meer zaken dan nu onverklaarbaar. Voor een hogepriester was het een uitdaging om die mysteries in de tempel te vertonen. Onder die mystieke vertoningen waren er ook vertoningen die als magie werden beschouwd. Dat waren onder andere de vertoningen die leken te wijzen op het bestaan van een geestenwereld. De vertoningen van verschijnselen dus welke men tegenwoordig wel op het conto van de spiritistische verschijnselen schuift. Buiten de tempel om was in die tijd ook grote belangstelling voor de verschijnselen die leken te wijzen op het bestaan van een godenwereld. Het ging dan om de natuurverschijnselen als de donder; de bliksem en het vuur. En om de aan mensen zo eigen karaktereigenschappen als de liefde; de lust; het geweld; de ijver en de overmoedigheid. Maar ook om vermeende invloeden die te maken hadden met de plaats van de planeten aan de sterrenhemel.
De priesters hielpen dus de hogepriester met het orkestreren van de mystieke vertoningen. Net zoals ook tegenwoordig veelal assistenten nodig zijn bij de vertoningen van illusionisten. In het feit dat iemand als hogepriester assistentie nodig had van andere mensen, school echter wel het gevaar dat zijn geheimen aan het volk bekend raakten. Een hogepriester moest daarom zoveel mogelijk zijn best doen om te bereiken dat, ook al kreeg hij assistentie van de priesters, zijn geheimen toch zoveel mogelijk bewaard zouden blijven. Een hogepriester hield om die reden zijn priesters liefst onder zijn directe hoede. En wel in het gebouwencomplex van de tempel zelf. Bezoek aan het vrouwvolk was om de hierboven genoemde reden uit den boze. Want als de priesters dat deden, was het bijzonder moeilijk om hun speciale kennis geheim te houden. Ook een huwelijk met een vrouw, of het stichten van een gezin, bracht het vergrote gevaar met zich mee dat de priester ongewenste uitlatingen deed over zijn verrichtingen in de tempel. Als eenmaal aan het volk bekend zou raken op welke wijze een hogepriester in staat was om zijn mysteries te vertonen, raakte die hogepriester de glans van zijn kunsten kwijt. En daarmee het ontzag ván het volk en ook het natuurlijke gezag óver het volk. En dat was erg lastig, want een hogepriester zonder gezag was niet in staat het volk te leiden.
Een verbod op enig contact met de vrouwelijke wederhelft van de mensen, lijkt voor mannen een onverteerbare zaak te zijn. "Geen man zou daarmee kunnen leven", denkt men dan. Toch is dat niet werkelijk het geval. Er zijn immers onder de mensen altijd wel weer mannen die een andere man prefereren boven een vrouw. Dus dat kwam goed uit! En in een tempelcomplex, waar meerdere mannen van dezelfde seksuele geaardheid verblijven, is dat juist een groot voordeel. De beschermde status die deze mannen in dat tempelcomplex genoten, was voor hen ook een voordeel. Dat valt gemakkelijk te begrijpen, als men ook maar enigszins op de hoogte is van de weerstand die dit soort mannen normaal gesproken ontmoeten, wanneer hun seksuele geaardheid bekend raakt. Door het door de hogepriester ingestelde verbod voor hen op seksueel contact met vrouwen, was het voor de andere mannen uit het volk eveneens gemakkelijker te accepteren dat zij hun lusten op elkaar uitleefden. Het was dus in feite een gouden greep van de hogepriester om deze mannen (de priesters) dat verbod op te leggen. En vanwege de, door de hogepriester bewerkstelligde afgezonderde en bevoorrechte leefwijze van de priesters, was het voor de hogepriester geen groot probleem meer om te bereiken dat de priesters de geheimen van de hogepriester zouden gaan bewaren.
De priesters konden zich, bij wijze van spreken, dag en nacht gaan richten op het vertonen van hun "show". Hun show van de voor het volk zo onverklaarbare zaken. Uit die mix van magie; van mystiek; van mysteries en van goochelkunst, kwam een sterke belangstelling onder het volk naar voren naar kennis over een leven na de dood en over het veronderstelde dodenrijk. Dit geïdealiseerde, maar mythische rijk van de doden, moest in die gedachtegang vanzelfsprekend onder regie staan van een of meerdere sterke leiders. Het is dan ook niet zo vreemd dat zij juist daarvoor de goden, waarin zij toch al geloofden, in beeld kregen. Zo ontstond dus het beeld van een rijk van overgegane mensen wat geregeerd wordt door meerdere goden. En niet door slechts één enkele god. Het geloof in meerdere goden (het polytheïsme) hield later, onder de oude volken, niet altijd stand. Maar het was in die tijd wel bijzonder sterk geworteld. Het polytheïsme bestaat ook nu nog steeds. Echter het monotheïsme is nu zo langzamerhand wel de leidende geloofsovertuiging gaan worden.
De vertoningen van de hogepriester en zijn zorgvuldig samengestelde groep van priesters, hebben al met al heel wat consequenties gehad. In breed verband is dat dus het ontstaan van de verschillende wereldgodsdiensten en in veel smaller verband het ontstaan van de regels betreffende het aan priesters opgelegde celibaat.